Overbeharing

De volgende behandelmethoden kunnen worden toegepast: definitief ontharen

Er zijn twee vormen van overbeharing: bovenmatige haargroei op plaatsen waar van nature al enige haargroei is (hypertrichose) en bovenmatige haargroei bij vrouwen op plaatsen waar meestal alleen mannen haren ontwikkelen (hirsutisme). Meestal komen deze twee afzonderlijk voor, maar soms ook gecombineerd.

Beharing op een huidtransplantaat kan ook als storend worden ervaren, met name op plekken waarbij de haargroei op de getransplanteerde huid afwijkt van de huid er om heen.

Hypertrichose

Hypertrichose is bovenmatige haargroei op plaatsen waar van nature al enige haargroei aanwezig is. Dit zijn bijvoorbeeld dikkere en/of langere donshaartjes in het gezicht, bij de slapen en bij de wenkbrauwen, maar ook haren op armen, onderbenen en romp kunnen langer worden en in aantal toenemen.

Hypertrichose komt zowel bij mannen als bij vrouwen. Het kan aangeboren zijn of ontstaan op latere leeftijd. Mogelijke oorzaken zijn:

  • Medicatie
  • Ziekte
  • Veelvuldige wrijving van de huid op dezelfde plek (chronische prikkeling)

Hirsutisme

Hirsutisme is een vorm van overbeharing die alleen bij vrouwen voorkomt. Bovenmatige haargroei treedt hierbij op op plaatsen waar anders alleen mannen haren ontwikkelen (bovenlip, wangen, kin, hals, rond de tepels, borststreek, rug, buik, liesstreek, armen en benen). De haren kunnen dikker of langer zijn, maar de beharing kan ook een grotere dichtheid hebben (meer haren per vierkante centimer). Mogelijke oorzaken zijn:

  • Haarzakjes die overgevoelig reageren op mannelijke hormonen.
  • Een te hoge productie van mannelijke hormonen (androgenen), als gevolg van bijvoorbeeld zwangerschap of de menopauze.
  • Medicijnen die androgenen, steroïden of testosteron (mannelijke hormonen) bevatten. Betreft o.a. medicatie bij borstkanker, bloedarmoede en overgangsklachten.

Haargroeifasen

Haren kennen verschillende groeifasen:

  • Anagene (groeifase): In deze fase groeit de haar vanuit de haarfollikel. De haar zit vast aan een bloedvat welke de haar voorziet van voedingsstoffen om te kunnen groeien.
  • Kathagene (tussenfase): de haar groeit niet meer en laat los van de haarfollikel. De haar zit ook niet meer vast aan het bloedvat. De haar heeft geen voedingsstoffen meer nodig om te groeien.
  • Telogene haargroeifase (rustfase): de haar wordt afgestoten door de haarfollikel en er blijft een leeg follikel over totdat een andere haar gaat groeien en deze week in de anagene haargroeifase komt.